Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Hugo

betekenis & definitie

Hugo - graaf van Parijs, uit ’t geslacht der Robertijnen, volgde in 923 zijn vader Robert op en kreeg den titel van marchio Franciae et Brittanniae. Na den dood van koning Raoul van Bourgondië (936) bevordert hij de verkiezing van den Karolinger Lodewijk IV d’Outremer, onder wien hij grooten invloed op de regeering heeft. Later met den koning in botsing gekomen, roept hij de hulp in van Otto I van Oostfrankenland, waardoor hij den weg baant voor de vestiging van den Oost-frankischen invloed in Frankrijk. In 953 komt eindelijk de vrede tusschen hem en den koning tot stand.

Zijn optreden heeft echter verhinderd, dat Lodewijk Normandie onderwierp, waardoor dit hertogdom zoo goed als onafhankelijk werd (zie NORMANDIE). Hij sterft in 956. Litt.: Ph. Lauer, Annales de l’histoire de France à l’époque Carolingienne. Louis IV d’Outremer (Bibl. de l’école des hautes études etc., fs. 127).

< >