Gepubliceerd op 01-12-2020

waddengebied

betekenis & definitie

gebied dat zich uitstrekt van Den Helder tot het Deense Esbjerg, tussen de waddeneilanden en het vasteland van Nederland, de BRD en Denemarken. Het waddengebied wordt door eb en vloed beheerst en valt bij laag water voor een groot deel droog.

Het gebied staat via diepe geulen in verbinding met de Noordzee. Deze geulen liggen tussen een reeks van eilanden, die de begrenzing vormen tussen het waddengebied en de Noordzee.Het Ned. gedeelte van het waddengebied omvat de Ned. Waddenzee, alle buiten de zeedijken gelegen gronden tussen Den Helder en de Eems en van de eilanden Texel, Vlieland, Terschelling, Ameland, Schiermonnikoog, Rottumeroog en Griend.

In grote lijnen kan men in het waddengebied drie verschillende milieutypen onderscheiden:

1. het wad (ook wel slik genoemd);
2. de kwelder (ook wel schor of gors), inclusief de landaanwinningswerken;
3. de duinen.

Het wad vormt het meest dynamische milieu. Bij laag water valt het grotendeels droog en een vegetatiedek ontbreekt. Afhankelijk van de stroomsnelheid van het water, die in de richting van de kust afneemt, vindt afzetting plaats van grof (zand) tot zeer fijn materiaal (slib). Op de hogere, begroeide kwelder zorgt de vegetatie voor het vastleggen van het aangevoerde slib. In de landaanwinningsgebieden wordt het water kunstmatig tot rust gebracht door aangelegde dammen van rijshout of van aarde, zodat de in het water zwevende deeltjes kunnen bezinken.

De duinen van de waddeneilanden zijn waarschijnlijk ontstaan op een aantal zandplaten aan de rand van het huidige waddengebied. Op deze zandplaten, die door diepe geulen waren gescheiden, werd door het Noordzeewater zand aangevoerd, dat door de wind werd opgestoven tot duinen. De duinen zijn eeuwenlang onderhevig geweest aan wisselende invloeden van het zeewater en de wind en hadden het karakter van ‘levende’ stuifduinen. Thans is het grootste deel hiervan op de een of andere wijze vastgelegd.

De Waddenzee behoort tot de van nature zeer voedselrijke gebieden. Naast water van de Noordzee ontvangt het gebied ook water van de rivieren: in het westelijk gedeelte vooral van de Rijn en de IJssel en in het oosten van de Eems. Door de grote voedselrijkdom komen in de Waddenzee extreem hoge aantallen microscopisch kleine organismen (plankton en benthos) voor. Deze dienen weer als voedsel voor grotere organismen zoals mosselen, kokkels, strandgapers, wadpieren, garnalen en vele soorten vissen. De Waddenzee vervult bovendien een kraam- en kinderkamerfunctie voor vele soorten vissen uit de Noordzee en heeft als zodanig een grote betekenis voor de zeevisserij.

Wat betreft de vegetatie is het gebied vooral van belang door de goed ontwikkelde kweldervegetatie, de complexe vegetatie op de overgang van duinen naar wad en de vegetatie van de duinen. Door de aanwezigheid van zoet grondwater in de duinen en door het vele reliëf is een grote variatie aan bijzondere plantengemeenschappen aanwezig. Vooral door de recreatie en de drinkwaterwinning is of wordt deze betekenis plaatselijk aangetast. Het waddengebied is als geheel van grote betekenis voor ganze-, eende- en steltlopersoorten uit noordelijke broedgebieden (afkomstig van Canada tot ver in Siberië), als doortrek en/of overwinteringsgebied. Ook als broedgebied is het waddengebied van grote betekenis, m.n. voor soorten als velduil, blauwe en grauwe kiekendief, grauwe klauwier, kemphaan en eidereend. Het waddengebied is verder van uitzonderlijke betekenis door zijn nog hoge mate van natuurlijkheid en door zijn enorme oppervlakte: samen met het Duitse en het Deense waddengebied ca. 10000 ha. Hiermee is het waddengebied het grootste natuurgebied van Europa; verder wordt het beschouwd als het grootste en rijkste waddengebied ter wereld.

Ondanks de algemeen erkende internationale betekenis van dit unieke natuurgebied wordt het door verscheidene gevaren bedreigd. De kwaliteit van het water van de Waddenzee wordt door diverse bronnen van vervuiling aangetast. In de eerste plaats rivieren als de Rijn, Maas en Schelde voor het westelijk deel van de Waddenzee, en voor het oostelijk deel de Eems, de Elbe en de Weser. Ook directe lozingen vinden plaats op de Waddenzee via ‘smeerpijpen’ (o.a. in Groningen). Vooral de vervuiling met zware metalen en organische chloorkoolwaterstoffen baart zorgen. Er wordt vaak verband gelegd tussen het teruglopen van de zeehondenstand in het Ned. deel van de Waddenzee en de aanwezigheid van PCB’S.

Ook de Noordzee is een mogelijke bron van verontreiniging van de Waddenzee. Een ontwikkeling die in dit verband van belang is, is de winning van olie in de Noordzee op relatief geringe afstand van de Waddenzee. M.n. in geval van ongelukken zal het waddengebied kunnen blootstaan aan een ecologische ramp.

Milieuverontreinigende stoffen die zijn aangetoond in de Waddenzee.

stof water sedi- ment mossels garnalen vissen vogels zeehonden PCB’S X X X X X X X DDT X X X diëldrin X X X X X X hexachloorhexaan X X X X X hexachloorbenzeen X X X X X pentachloorbenzeen X X mirex X detergenten X kwik (+ methylkwik) X X X X X X koper X X X X X zink X X X X X cadmium X X X X ijzer X X X X X lood X X X X arseen X seleen X X X antimoon X mangaan X X Bron: De Waddenzee Een tweede belangrijke bedreiging van het waddengebied vormen de plannen voor inpoldering van delen van de Waddenzee. In Nederland gaat het daarbij om een project bij Noord-Friesland, waar 1300 ha ingepolderd zou moeten worden. Ook in de BRD en Denemarken bestaan plannen tot inpoldering van delen van het waddengebied.

Bij inpoldering zouden grote gebieden die van belang zijn als voedsel- en rustgebied van talrijke vogelsoorten, maar ook als voedselgebied voor het leven in zee, verloren gaan.

Een derde bedreiging vormt het militair gebruik van het waddengebied, m.n. waar het de rust betreft die door schietoefeningen en vliegtuiglawaai bedreigd wordt.

Het geplande oefenterrein in het Lauwersmeergebied is in dit verband de meest recente bedreiging.

Verder vinden in toenemende mate olieen gaswinning in het waddengebied zelf plaats. Op Ameland wordt inmiddels naar gas geboord. Ook voor Zuidwal nabij het vogeleiland Griend geldt de dreiging van gaswinning, die de rust voor de vele daar aanwezige vogels ernstig zal verstoren. Rond en in de Waddenzee zijn nog vele ontwikkelingen gaande die bedreigend zijn voor het gebied, zoals plannen voor nieuwe industriële vestigingen in het Dollardgebied, verdere intensivering van het recreatief gebruik, en zandwinning. In Nederland is ter bescherming van de natuurlijke waarden van het waddengebied de Planologische Kernbeslissing Waddenzee vastgesteld. Hierin wordt een beleid vastgelegd dat bescherming, behoud en waar nodig herstel van de unieke natuurlijke waarden van de Waddenzee nastreeft.

De vormgeving van dit beleid lijkt echter zodanig te zijn dat tal van bedreigingen blijven bestaan. Er bestaan geen internationale regelingen tussen Nederland, de BRD en Denemarken ter bescherming van de natuur van het waddengebied. Het gebied valt echter wel onder de werkingssfeer van internationale conventies. Voor de bescherming zijn in alle betrokken landen particuliere organisaties actief. In Nederland is dit m.n. de Landelijke Vereniging tot Behoud van de Waddenzee.