Gepubliceerd op 01-12-2020

kaalkap

betekenis & definitie

(kaalslag), bosteeltsysteem waarbij de oogst, gevolgd door verjonging via aanplant en natuurlijke of kunstmatige uitzaaiing van bomen, plaatsvindt op dermate grote oppervlakten dat het omringende bos het klimaat op de kapvlakte niet meer tot het midden toe beïnvloeden kan. Dit in tegenstelling tot groepenkap en boomsgewijze uitkap, waarbij het klimaat van de kleine kap- en verjongingsvlakte wel geheel onder de invloed van het omringende bos blijft.

Kaalkap moet niet verward worden met ontbossing. Kaalkap is een kunstmatig equivalent van wat er in de natuur gebeurt na grote bossterfte door stormen, overstromingen, landverschuivingen, bosbrand of andere grootschalige natuurlijke invloeden. Van nature zijn dergelijke gebeurtenissen zeldzaam. Kaalkap is dus op zichzelf niet onnatuurlijk, maar in Nederland is het percentage bos (veel dennenbossen) dat volgens kaalkapsystemen wordt beheerd, onnatuurlijk groot.Bij kaalkap vindt de veiling van een opstand binnen een maand plaats. De kapoppervlakte kan variëren van enkele tot tientallen hectaren. Deze bedrijfsvorm vindt in het algemeen plaats in bosbedrijven met gelijkmatige opstanden van een bossoort. De voordelen van kaalkap zijn: het gaat snel en is daardoor minder kostbaar; de kap is gemakkelijk te controleren; de uitsleep van het hout is gemakkelijk; er is geen schade aan de jonge opstand. Nadelen zijn: een rigoureuze ingreep in het bosklimaat; weinig beschutting voor de nieuwe aanplant; kans dat de kapvlakte door onkruid overwoekerd wordt, waardoor de groei van de jonge bomen wordt benadeeld.