Definities van Katholieke Encyclopaedie in de Ensie S
- Schattingscommissie
- Schattingsvermogen
- Schaulen
- Schaumburg-Lippe
- Schedel
- Schedelbreuk
- Schedelcultus
- Schedelindex
- Schedelleer
- Schedellichten
- Schedelligging
- Schedelloozen
- Schedelzalving
- Scheede
- Scheefbloem
- Scheefhals
- Scheefsymmetrische determinant
- Scheel (ogen)
- Scheeliet
- Scheelzien
- Scheemda
- Scheen
- Scheepje (doosje)
- Scheepje (of schapraai) van St. Annuit
- Scheepshefwerk
- Scheepshygiëne
- Scheepshypotheek
- Scheepsroeper
- Scheepsverklaring
- Scheepsvoorrechten
- Scheepszenders
- Scheepvaart
- Scheepvaartkanaal
- Scheepvaartmisdrijven
- Scheeren
- Scheerling
- Scheervlucht
- Scheeve spheer
- Scheffer
- Scheg
- Schei-trechter
- Scheidemann
- Scheiding
- Scheidingswetten
- Scheidsgerecht
- Scheidsman
- Scheidsmuur
- Scheidsrechterlijke commissie
- Scheikunde
- Scheikundige technologie
- Scheiner
- Schel
- Schelde
- Scheldejol
- Scheldemusch
- Schelderode
- Scheldewindeke
- Schelinstallatie
- Schellak
- Schelle
- Schellebelle
- Schellenboom
- Schelling
- Schellingwoude
- Schellinkhout
- Schelluinen
- Schelmenroman
- Schelpen
- Schelpenkalk
- Schelpkalkmortel
- Schelpkokerworm
- Schelpkreeften
- Schelpvloo
- Schelpzwam
- Scheltema
- Scheltransformator
- Schelven
- Schelvisch
- Schemering
- Schemeringsopkomst
- Schemertoestand
- Schemerzien
- Schemnitz
- Schendelbeke
- Schenectady
- Schenking
- Schenkingsrecht
- Schepdaal
- Schepen (divers)
- Schepen (scheepvaart)
- Schependomsrecht
- Scheppen
- Schepper
- Scheppergod
- Schepping
- Scheppingsverhaal van den Bijbel
- Scheprad
- Scheprand
- Scherfbom
- Scherfvrij