De revolverkogel, die de wereld in 1914 in vuur en vlam zette en die het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog tot gevolg had, werd afgevuurd door een jeugdig student uit Servië: een gebied, dat eens een zelfstandig koninkrijk was maar dat tegenwoordig deel uitmaakt van de republiek Joegoslavië.
De kogel doodde aartshertog Franz Ferdinand, de troonopvolger van het keizerrijk Oostenrijk-Hongarije. Precies één maand na deze moordaanslag te Scrajewo, op 28 juli 1914, verklaarde Oostenrijk-Hongarije de oorlog aan Servië en was de Eerste Wereldoorlog begonnen. Toen hij vier jaar later tot een eind kwam, hadden 60.000.000 mannen met de wapens in de hand tegenover elkaar gestaan. Daarvan waren er 8.500.000 gesneuveld! (Ter vergelijking: Nederland heeft momenteel ruim 12.000.000 inwoners).
Reeds jaren voor het begin van de Eerste Wereldoorlog waren er moeilijkheden gerezen tussen de verschillende Europese landen. De opkomst van de industrie had geleid tot een felle concurrentiestrijd en tot een verbeten gevecht om afzetmarkten en grondstofreserves. Ook de wedren om koloniaal bezit had tot grote wrijvingen geleid. Frank rijk en Groot-Brittannië waren erin geslaagd het grootste gedeelte van Afrika onder hun macht te brengen en dit had weer geleid tot hevige wrevel in Duitsland. Oostenrijk-Hongarije spande zich in om een haven te krijgen aan de Egeïsche Zee maar was daarbij gestoten op fel verzet van de zelfstandige landen Servië en Montenegro. De grotere Europese landen wapenden zich tot de tanden en beloofden hun bondgenoten alle militaire hulp voor het geval ze zouden worden aangevallen.
Slechts enkele etmalen na de Oostenrijks-Hongaarse oorlogsverklaring aan Servië sloten verscheidene andere landen zich bij de strijdenden aan. Aan de ene kant stonden Oostenrijk-Hongarije, Duitsland, Turkije en Bulgarije, een groep, die bekend raakte onder de naam Centrale Landen. Tegenover zich vonden zij de Geallieerde Landen: Frankrijk, Groot-Brittannië, Rusland, België en Italië. In de eerste weken van de oorlog werd de strijd beheerst door de Duitse legers. Ze stormden door België, trokken Frankrijk binnen en konden pas op een paar kilometer van Parijs tot staan worden gebracht door Franse en Britse troepen. Aan het oostelijke front snelden Duitse en Oostenrijks-Hongaarse legers door Polen en drongen Rusland binnen.
Italië ging in 1915 aan de oorlog deelnemen en schaarde zich aan de zijde van de geallieerden. Daardoor werden de Centrale Landen gedwongen naast een oostelijk en een westelijk ook nog een zuidelijk front te openen.
Na aanvankelijke overwinningen werden de Duitse legers op alle fronten tot stilstand gebracht. Maandenlang sleepte de oorlog te land zich voort zonder dat een van de partijen er ook maar in slaagde een beslissende overwinning te behalen.
Ter zee werd de strijd beheerst door de machtige vloot van Groot-Brittannië. De
Duitse oorlogsvloot slaagde er niet eens in de Noordzee te verlaten. Tenslotte echter vestigde de Duitse marine al haar hoop op de duikbootoorlog. De Duitse oorlogsleiding geloofde namelijk, dat haar onderzeeboten de aanvoer van de geallieerde legers op het Europese vasteland zouden kunnen lam leggen, waardoor deze legers zouden moeten capituleren. Veel voorraadschepen echter voeren onder Amerikaanse vlag. Toen de Duitsers tenslotte ook deze schepen gingen torpederen, gingen ook de Verenigde Staten (op 6 april 1917) aan de Europese oorlog deelnemen en dat betekende voor de Centrale Landen het einde. Want de Verenigde Staten beschikten over zulke reusachtige reserves aan manschappen en materiaal, dat niemand daar tegen opgewassen bleek.
Een jaar na de Amerikaanse oorlogsverklaring waren de Duitse, Oostenrijkse en Turkse legers overal in Europa volop in de terugtocht. Op 11 november 1918 werd het wapenstilstandsverdrag getekend in een spoorwegwagon in het noorden van Frankrijk.
De Eerste Wereldoorlog bracht grote veranderingen teweeg op de landkaart van Europa. De rijken van Duitsland, Oostenrijk-Hongarije en Turkije slonken aanzienlijk in oppervlakte en er ontstonden nieuwe landen zoals Tsjecho-Slowakije, Polen en Joegoslavië. De oorlog loste echter geen enkel probleem op. Zelfs de Volkenbond, die aan het einde van de Eerste Wereldoorlog werd opgericht om toekomstige oorlogen te voorkomen, kon niet verhinderen, dat 21 jaar later opnieuw de gehele wereld zich in de strijd stortte.