Sneeuwvlokken bestaan uit kleine ijskristallen. Kleinere vlokken bestaan slechts uit één zo’n kristal; grotere zijn opgebouwd uit een groot aantal ijskristallen, die aaneengevroren zijn.
Sneeuwkristallen zijn prachtig van vorm. De meeste hebben zes punten of zijden; geen enkel kristal is in vorm gelijk aan een ander. Hun schoonheid kan echter niet met het blote oog bewonderd worden; daar hebben we op z’n minst een vergrootglas voor nodig. Evenals regen is sneeuw afkomstig uit wolken. Sommige sneeuwvlokken- vallen uit wolkenmassa’s die zich bijna twee kilometer boven de aarde bevinden.Sneeuw ontstaat pas als het koud is en als de waterdamp in de lucht gelegenheid krijgt tot sneeuwkristallen te bevriezen.
Op sommige dagen van de winter ‘pakt’ de sneeuw beter dan op andere; is ze dus beter geschikt om sneeuwballen en -poppen te maken. Dat gebeurt vooral op dagen, dat de temperatuur om het vriespunt schommelt. In dat geval smelt de sneeuw namelijk een beetje als ze wordt samengeperst - en dat kleine beetje is voldoende om de afzonderlijke vlokken te doen aaneenkoeken. Als de temperatuur daarentegen ver beneden het vriespunt daalt, raken de sneeuwkristallen zo hard bevroren, dat ze ook onder druk niet zo gauw meer smelten. In dat geval pakt de sneeuw niet of nauwelijks.
Wie een volle pan sneeuw laat smelten, zal tot de ontdekking komen, dat hij lang geen volle pan water overhoudt. Voor een volle pan sneeuwwater moet men zeker tien pannen sneeuw smelten. Dat komt doordat er tussen de sneeuwvlokken een grote hoeveelheid lucht is blijven zitten. Die grote hoeveelheid lucht heeft ook tot gevolg dat een dik pak sneeuw vaak aanvoelt als een luchtige deken. De aanwezigheid van lucht tussen de sneeuwvlokken maakt van sneeuw dan ook een goed isolerend materiaal. Een laag sneeuw kan planten en dieren vaak beschermen tegen bevriezing.
Hoewel sneeuw voor veel mensen en vooral voor kinderen een plezierige vorm van neerslag is waarop men kan sleeën, skiën en ravotten, kan hij ook grote moeilijkheden opleveren. Sneeuwval veroorzaakt vaak grote vertragingen voor vliegtuigen, treinen en auto’s; kost gemeentelijke autoriteiten handenvol geld voor het schoonmaken van de straten en betekent dikwijls de hongerdood voor dieren, die door het dikke sneeuwpak geen voedsel meer kunnen vinden.