Als een wolk haar watervracht boven ons ontlaadt, zeggen we dat het regent. Regen valt in druppels.
Soms zijn die druppels klein en vallen ze langzaam. We zeggen dan dat het motregent. In andere gevallen zijn de druppels zo groot en vallen ze zo snel, dat niemand de afzonderlijke regendruppels nog kan onderscheiden. In zo’n geval spreken we wel eens van een ‘wolkbreuk’.Zelfs de kleinste regendruppels zijn aanzienlijk groter dan de uiterst kleine waterdruppels, waaruit een wolk is samengesteld.
Een grote regendruppel is zelfs miljoenen malen groter dan zo’n druppel uit een wolk. De druppels in een wolk kunnen tegen elkaar botsen en op die manier regendruppels vormen, die zwaar genoeg zijn om naar beneden te vallen. Regen kan ook ontstaan doordat boven in een wolk sneeuwvlokken ontstaan die naar beneden vallen en smelten als ze in warmere luchtlagen terecht komen.
Regenval wordt gemeten in millimeters. Als de meteoroloog vaststelt, dat er één millimeter regen is gevallen, betekent dit dat er genoeg water is gevallen om de bodem te bedekken met een laagje van één millimeter. Theoretisch natuurlijk - want in de praktijk zakt de meeste regen onmiddellijk weg in de bodem. Regenmeters vangen de regen op en meten de gevallen hoeveelheid. Op de tekeningen bij dit artikel staan twee typen regenmeters afgebeeld.
In sommige delen van de wereld is regen een praktisch onbekend natuurverschijnsel. In de Chileense stad Arica hadden de meteorologen bijna 50 jaar nodig om 2½ mm regen te kunnen opvangen! Die neerslaghoeveelheid staat wel in schrille tegenstelling met die van Mount Waialeali op de Hawaii Eilanden, waar per jaar niet minder dan 1194 mm regen valt.
Vaak drijven er wolken langs de hemel zonder dat het regent, sneeuwt of hagelt. In de laatste jaren zijn er talloze proeven genomen om te trachten zulke wolken te dwingen hun waterlast te laten vallen. Het is echter nog steeds erg moeilijk om regen te laten vallen op plaatsen, waar we hem nodig hebben. In onze streken is er nooit veel geëxperimenteerd met het opwekken van ‘kunstmatige regen’. Tenslotte krijgen we elk jaar meer regen dan ons lief is!