Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Godfried van bouillon

betekenis & definitie

geb. 1061 te Bezy bij Ni veile in Braband, was de oudste zoon van graaf Eustache van Boulogne en Ida, de zuster van Godfried met den Bult, hertog van Neder-Lotharingen;inl076 erfde hij van zijnen oom het hertogdom Neder-Lotharingen.en werd tevens begiftigd met de van het graafschap Ardenne afgenomene heerlijkheid Bouillon, die tot een hertogdom werd verheven. In zijne jeugd streed hij voor keizer Hendrik IV tegen den paus, en rukte zelfs gewapenderhand Rome binnen; doch korten tijd daarna ernstig gekwetst wordende, deed hij de gelofte, dat hij de Christenen in het Oosten zou gaan verdedigen, indien hij mogt herstellen; en hij was dan ook werkelijk een der eersten, die het kruis aannamen toen de predicatiën van Petrus den Kluizenaar de geloovigen ter kruisvaart opriepen.

Hij verkocht zijn hertogdom Bouillon (zie hierboven), toog met zijne broeders Eustache en Boudewijn 1096 naar het Heilige Land, en werd al spoedig erkend als hoofd en aanvoerder der Kruisvaarders. Na de hinderpalen, die door Alexius I Comnenus, keizer van Constantinopel.aan de Kruisvaarders in den weg werden gelegd, overwonnen te hebben, drong hij door in Azië, maakte zich meester van Nicea, van Antiochië en eindelijk van Jeruzalem; 1099 werd hij uitgeroepen als koning van de heilige stad, doch hij vergenoegde zich met den titel van baron. Hij gaf aan zijn nieuw gevestigd rijk eene verzameling wijze wetten, bekend onder den naam van Assisen van Jeruzalem (zie ASSISEN). Hij stierf 18 Julij 1100 (waarschijnlijk vergeven) op zijn terugkeer van eenen krijgstogt tegen den sultan van Damascus.

< >