Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

Gepubliceerd op 24-11-2020

CLINGE

betekenis & definitie

Dorp binnen de gemeente Hulst, Oost Zeeuws-Vlaanderen; tot 1 april 1970 een zelfstandige gemeente waartoe behoorden: → Emmadorp, → Halfeind, → Kapellebrug (ten dele), → Nieuw-Namen, → Prosperdorp, → Roskam en → Statenboom; 2676 inw.(1980). Het dorp Clinge ligt ten zuid-oosten van de stad Hulst, in de → Clingepolder; de bijna 2 km lange dorpsstraat loopt bijna ongemerkt over in het Belgische De Klinge.

Clinge was vroeger vooral bekend door zijn klompenindustrie, maar van de meer dan zestig bedrijven zijn er nog slechts enkele over. Er zijn voorts weverijen. In Clinge bevindt zich een zeer modern uitgerust instituut voor zwakzinnigen, ‘De Sterre’, geopend in 1974.Wapen:

Dit wapen, vastgesteld bij besluit van deHogeRaad van Adel van31 juli 1817, vertoont een zwaard of ‘kling’ en is dus een zg. sprekend wapen. Het heeft met de werkelijke betekenis van de naam Clinge - ‘binnenduin’? - niets te maken.

Varia:

Kermis op de eerste zondag na of op de 15e juli tot en met de dinsdag d.a.v.

Geschiedenis:

In 1815 is Clinge een burgerlijke gemeente geworden; haar grondgebied strekte zich uit van de Belgische grens tot in het Verdronken Land van → Saaftinge langs de Westerschelde. De oudste en zuidelijkste polder in de gemeente is de Clingepolder, die in 1616 herdijkt werd. In deze polder ligt dicht onder de stad Hulst de fundering van het voormalig slot → Maelstede; deze burcht schijnt in een vroegere vorm (motte?) reeds in de 10e eeuw te hebben bestaan. De hier gevestigde edelen behoorden tot de aanzienlijksten van Vlaanderen. In 1326 waren zij in oorlogen met de graaf betrokken en werd hun kasteel verwoest doch spoedig weer hersteld.

De bewoners van Clinge behoorden aanvankelijk onder de parochie van Hulst. In 1648 werd ten behoeve van de Hulster katholieken op Spaans Clinge een houten kerkje gesticht. Hierbij stichtten de paters minderbroeders recollecten in 1662 een residentie van waaruit ze de grensgebieden bezochten. In 1670 werd het kerkje vervangen door een stenen kerk. In het begin van de 19e eeuw kwamen de seculieren de plaats innemen van de recollecten. De katholieken van Clinge bleven naar De Klinge (B.) ter kerke gaan en toen daar een parochie werd opgericht, werden ze beschouwd als de parochianen van De Klinge.

Op 15 maart 1875 werd op Nederlands gebied ‘Zeeuws Clinge’ tot een zelfstandige parochie verheven. Tot die parochie, die Henricus tot patroonheilige heeft, behoren: het dorp Clinge, een gedeelte van Kapellebrug en Roskam. De eerste pastoor, Andreas Koremans, bouwde er een noodkerk, die reeds in 1876 vervangen werd door een neo-gotische kerk, naar ontwerp van P. Soffers. In deze kerk bevindt zich een uitstekend orgel.

LITERATUUR

Van der Aa, Aardrijkskundig woordenboek. P. J. Brand, Geschiedenis van Hulst. Gysseling, Toponymie van Zeeuws-Vlaanderen, 31.