Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

Gepubliceerd op 22-01-2020

RING

betekenis & definitie

a. onderdeel van een classis in de herv. kerk. Bij vacature vervult de R. de beurten.

Men spreektvan -R.-dominees en R.-diensten. Een R. heeft een eigen reglement en regelt de consulentschappen.

De classis Lwd. heeft zes R.en (Lwd., Beetgum, Bergum, Drachten, Stiens, Wirdum); Sneek vier (Sneek, Ijlst, Workum, Sloten); Franeker vier (Harlingen, Franeker, Bolsward, Makkum); Dokkum vier (Dokkum, Buitenpost, Holwerd, Akkerwoude); Heerenveen vier (Heerenveen, Joure, Wolvega, Oosterwolde).

b. groep van ca. 12 doopsgez. gemeenten, die zich hebben samengevoegd tot onderlinge hulp, bijv. in tijd van vacature of bij ziekte van de predikant. In Frl. zijn drie R.en: Akkrum (sedert 1837), Bolsward (1840) en Dantumawoude (1850).

De R.-indeling is onbekend in de geref. en r.k. kerk. De gereformeerden kennen de particuliere synode Frl. noordelijk gedeelte en zuidelijk gedeelte. Het N. deel heeft de classes Dokkum, Franeker Hallum, Kollum en Lwd.; het Z. deel de classes Bergum, Bolsward, Drachten, Heerenveen, Sneek en Workum. De r.k. hebben drie dekenaten (Lwd., Heerenveen en Sneek). zie Classis, Dekenaat.