Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 21-01-2021

Dauw

betekenis & definitie

1. (meteorologie) Water, neergeslagen op door uitstraling afgekoelde oppervlakken. Dauwvorming vindt plaats als de temp. beneden het dauwpunt daalt en is afhankelijk van de temp. en van de relatieve vochtigheid van de lucht, als ook van de temp. en de vochtigheid van de grond ter plaatse.

Andere factoren, die een rol spelen zijn: de verdamping, de levensprocessen van de plant, de straling van het blootgestelde oppervlak, de wind, de bewolking en de lengte van de nacht.Het dauwproces is voorn, een proces van verdamping en condensatie tussen de warme bodem met zijn vegetatie en de onderste, door straling afgekoelde luchtlaag.

Er zijn diverse methoden om de hoeveelheid gevormde d. te bepalen. Bij de meeste methoden geldt het bezwaar, dat de bepalingen niet onder in de natuur voorkomende omstandigheden plaats vinden.

De betekenis van de d. moet gezocht worden in de verdamping van de dauwdruppels (na zonsopgang), waardoor de vochtigheid in de naaste omgeving der planten soms enkele uren lang nog zeer hoog kan blijven. Vooral in droge streken en in droge perioden kan dit van belang zijn. In sommige plaatsen in Palestina wordt meer neerslag in de vorm van dauw afgetapt dan als regenwater.

2. (plantk.) Bij verschillende vruchten, in het bijzonder bij druiven uit de kas en ook wel bij bladeren van diverse gewassen is de opperhuid bedekt met een waslaagje, dat d. wordt genoemd.