Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

verpinken

betekenis & definitie

Van pers.: met de ogen knippen, knipperen; vand.: reageren; - vooral in de verb. zonder verpinken, onbewogen, ijskoud, brutaalweg, met een stalen gezicht, zonder blikken of blozen; soms bep.: in één teug, zonder moeite enz.

«Onhandig!» fluisterde pastoor Grangé, maar de abt verpinkte niet en at rustig door, alsof er niets geschied was, VAN HEMELDONCK 1945, 24.

Hij kijkt verteederd naar de flesch en schenkt zijn glas weer vol. Zonder verpinken drinkt hij het uit... voorzichtigheidshalve volgt de notaris het tempo niet van Verstegen, WACHTERS 1946, 164.

Hij doet de mensen nog meer schrikken. Zonder verpinken zendt hij berichten uit die rondzoeven als bliksem: dat Houtekiet verdronken is, dat het brandt bij d’Hurlumont, dat Joep zich verhangen heeft, enz., WALSCHAP 1963, 375.

Zijn naakte, harde ogen hadden zonder verpinken de dwaze, woedende blik van de verkoopster doorstaan, VAN AKEN 1965, 164.

Het eisenpakket van de bonden omvatte elf punten, waarvan de meeste zonder verpinken door de direktie van Caterpillar werden aanvaard, zoals de geleidelijke loonsverhoging, Knack 18/4/1973.

De 22-jarige M. S. lag reeds dood op een divan en zonder verpinken gaf de 26-jarige dader zich over. Hij zei dat hij gehandeld had in een vlaag van plotse woede, Gentenaar 1/6/1977.

< >