1. Schaal (van een ei).
Ik geloof dat ik zo wit zag als de schelp van een ei, CLAES 1960, 27.
2. In enkele verb.: in zijn schelp kruipen, zijn oorspronkelijke houding of bewering niet durven volhouden, inbinden, terugkrabbelen; in de standaardt.: in zijn schulp kruipen; - in de sportt. bep.: verdedigend spelen.
Is ze niet te vlug in haar schelp gekropen, verbolgen om zijn onbegrip? Vrouw en Wereld sept. 1976, p. 4.
Tegen de verwachtingen in kroop Napels van meet af niet in zijn schelp. Integendeel het was precies alsof de Italianen zo snel mogelijk zelf een doelpunt beoogden om daarna pas alle grendels dicht te schuiven, Gazet v. Antw. 21/4/1977.
Jezus zit aar erg moe bij die put, als de vrouw er aankomt. Zij behoort tot een vijandige stam. Ze heeft al vijf mannen gehad en nu woont ze met een zesde. Dat zijn al drie redenen waarom wij in onze schelp zouden kruipen. Maar Jezus schrijft niemand af: Hij legt kontakt. Kerk 1978, 36.
- Uit zijn schelp komen, kruipen, te voorschijn komen, zich met iets bemoeien, spraakzaam worden enz.;
- ook: iem. uit zijn schelp jagen, lokken e.d., iem. ertoe brengen het gewenste te doen of te zeggen.
Nu hij hem zo onbeschaamd stond aan te kijken, als een minderwaardig individu, had het Staf uit zijn schelp gejaagd met een vinnige uitval, BIJDEKERKE 1948, 84.
Nu willen wij een oproep doen tot alle jonge vrouwen die dit artikel lezen: Kom uit uw schelp ... spreek andere jonge vrouwen aan om samen iets te doen ... vorm een groep jonge vrouwen, Vrouw en Wereld juni 1976, p. 27.
Ze kon niet aan de verleiding weerstaan om hem te plagen, om na te gaan of ze hem niet nu, nu ze het wilde, uit zijn schelp kon lokken, VAN AKEN 1976, 260.
Een paar stippen aan dat het initiatief niet alleen van de leraar moet komen. Jongeren moeten zelf al eens uit hun schelp durven komen, Kerk en Leven (ed. Mechelen) 25/5/1978, p. 7.
Afl.: schelploos, van een ei: zonder schaal (Wegens haar kleed, dat fladderde bij gebrek aan vrouwelijk vulsel, noemde Adi ze fluisterend een windei, woord dat Geert, de jongen zonder moedertaal, nog nooit had gehoord, schelploos ei dat hij nooit had gezien, WALSCHAP 1975, 41).