Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

saai

betekenis & definitie

Wollen of halfwollen breigaren, weefgaren e.d.; sajet, thans veelal: wol.

De wijsvinger zat geknobbeld om de beweeglijke haak, die langzaam maar zeker een kunstprulwerk voortbracht. Een bol saai lag diep in haar schoot, BOON 1977, 117.

Afl.: saaien (Wdl.), (thans w.g.) van sajet gemaakt, wollen.