Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

ontploffen

betekenis & definitie

Van pers., om aan te geven dat men zich van iem. niets meer aantrekt: barsten; vooral in verb. als: ze kunnen allemaal ontploffen.

De vrouw verzocht haar man een toontje lager te roepen om hun dochter niet te wekken, en verweet hem een slechte vader te zijn. Hij antwoordde dat zij kon ontploffen en dat hij het allemaal beu was, Gazet v. Antw. 20/6/1977.