Wat is de betekenis van ontploffen?

2024-04-26
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

ontploffen

(1977) (Vlaanderen, inf.) (verwensing) (van personen) barsten, naar de pomp lopen: 'Ze kunnen voor mijn part allemaal ontploffen'. Ook imperatief gebruikt: 'Ontploft!' idem als: verrek*. • (Walter de Clerck: Nijhoffs Zuidnederlands Woordenboek. 1981) • Je kunt ontploffen. Ik verdoe mijn tijd niet langer aan een nikker. (Hollands maandbla...

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

ontploffen

ontploffen - Werkwoord 1. ergatief plotseling sterk uitdijen Die bom ontplofte te laat om de gehate dictator te doden. Woordherkomst Afgeleid van ploffen met het voorvoegsel ont-

2024-04-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

ontploffen

ontploffen - regelmatig werkwoord uitspraak: ont-plof-fen 1. met een klap uit elkaar springen ♢ op een mooie dag in mei ontplofte de vuurwerkfabriek 1. hij ontplofte van kwaadheid [was erg kwaad]...

2024-04-26
Bridge Opzoekboek

drs. Toine van Hoof (2017)

ontploffen

Uiteenspatten (van een partnership).

2024-04-26
Wielerwoordenboek

Fons Leroy en Wim van Rooy (2010)

ontploffen

ontploffen: men doet een wedstrijd ontploffen door met een demarrage de koers in brand te steken. De benen ontploffen als men na een reeks inspanningen alle krachten uit de benen voelt wegvloeien; exploderen, opblazen.

2024-04-26
Groot wielerwoordenboek

Marc de Coster (2009)

ontploffen

Na hevige inspanningen opeens kracht verliezen. De term wordt vooral gebruikt bij beklimmingen. ‘Tot op een kilometer of vijf van de aankomst op de top van de Fedaia kon ik ze volgen. Toen ze echter mekaar gingen bestoken, moest ik afhaken. Ik deed verder op eigen tempo, om niet te ontploffen.’ (Het Nieuwsblad, 26/05/2008)

2024-04-26
Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

ontploffen

(onov ww; ontplofte; is ontploft) fig. 1 - enorm hard (gaan) fietsen, knallen, syn. exploderen. • Romain Maes was een ambitieuze vechter, altijd tot...

2024-04-26
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

ontploffen

- ze kunnen (allemaal) ontploffen, ze kunnen barsten.

Wil je toegang tot alle 18 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

ontploffen

Van pers., om aan te geven dat men zich van iem. niets meer aantrekt: barsten; vooral in verb. als: ze kunnen allemaal ontploffen. De vrouw verzocht haar man een toontje lager te roepen om hun dochter niet te wekken, en verweet hem een slechte vader te zijn. Hij antwoordde dat zij kon ontploffen en dat hij het allemaal beu was, Gazet v. A...