Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

onthaal

betekenis & definitie

1. In toep. op het ontvangen, verwelkomen, wegwijs maken enz. van vreemdelingen, onbekenden e.d.: ontvangst, verwelkoming; ook: opvang (bijv. van vluchtelingen).

Uw reisbureau: alle reizen, reserveringen, tickets. Goed onthaal, jaren ervaring en dienstbetoon, Maand febr. 1977, p. 22.

Voor de etische problemen zal de CVP aandringen op de onmiddellijke doorvoering van de positieve maatregelen ter voorkoming van ongewenste zwangerschap en voor het onthaal van ongewenste kinderen, Nieuwsblad 15/4/1977.

2. Plaats waar bezoekers enz. ontvangen worden: receptie, soms bep.: dienst ontvangst enz. De inkom voor die ganse dag bedraagt 80 fr. en in voorverkoop slechts 60 fr. De kaarten zijn te verkrijgen bij een kernlid, ofwel aan het onthaal op zaterdagavond, Gazet v. Antw. 12/7/1977.

Opm.: In de standaardt. wel in toep. op de feestelijke ontvangst van gasten, bezoekers e.d., alsook oneig.: bejegening: zijn woorden, zijn boeken vonden een goed onthaal.

Sam.: onthaalcentrum, ontvangstcentrum, opvangcentrum (Een onthaalcentrum waar iedereen graag naar toekomt en zich thuisvoelt (aankondiging van een hotel), Taalb. 1972, III, 176);

- onthaaldienst, opvangdienst, verwelkomingsdienst (Interessant lijkt mij verder een Onthaaldienst, om de aandacht te vestigen op de Sociaal-Kulturele Raad en andere instellingen en organisaties. Zo een onthaaldienst is vooral nuttig voor de inwijkelingen, Uit een reclamefolder Brussel jan. 1977);
- onthaalgezin, gezin waar kinderen na schooltijd opgevangen worden (Een degelijk uitgebouwd net van kinderopvangmogelijkheden, waaronder kinderkribben, peutertuinen en onthaalgezinnen. Naast het basisgezin, waartoe het kind behoort met zijn ouders als eerste verantwoordelijken, worden jonge kinderen steeds meer toevertrouwd gedurende een gedeelte van de dag aan bovengenoemde diensten, Vrouw en Wereld jan. 1974, p. 11.

De dienst waarborgt ... de plaatsing van het kind in het onthaalgezin dat de ouders zelf kiezen en bij de dienst aangesloten zijn. De ouders betalen een bijdrage in verhouding tot het gezinsinkomen, Gazet v. Antw. 15/8/1977);

- onthaalmoeder (Welke vorm van kinderopvang de beste is, kan men uit de wetenschap noch uit de praktijk zomaar vaststellen: een goede onthaalmoeder is wellicht beter dan een saaie kribbe, een levensblije kribbe is wellicht beter dan een ontevreden moeder, een gelukkige moeder is wellicht beter dan een overwerkte onthaalmoeder, Vrouw en Wereld jan. 1976.

Dienst onthaalmoeders opgericht in de Rupelstreek, Gazet v. Antw. 10/8/1977).

< >