Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

gelukkiglijk

betekenis & definitie

Gelukkig.

De gravin... heeft graag... allerlei verlichte geesten om zich heen. En daar ook ik nu eenmaal tot dat soort word gerekend - maar het helaas en gelukkiglijk niet ben - mocht ik samen met een paar dichters, schilders en komponisten aan haar tafel zitten, BOON 1977, 57.