Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

embusqué

betekenis & definitie

Pers. die gevaren, moeilijkheden e.d. (op geraffineerde wijze ) weet te ontlopen; bij mil. bep.: iem. die zich (bijv. door een ongevaarlijk kantoorbaantje) aan de (front)dienst onttrekt.

Er is nog één burger in ’t café: Sylveer... „Wel we moeten niets van embusqué’s hebben”.... Daarna hoort hij insinuaties, spot en lachen met die smeerlappen, die niet goed voor ’t leger zijn of die geld hadden om zich vrij te kopen, DE COREL 1949, 112.

Ik zag de ‘broeders des gemenen levens’ plots in een ander daglicht.... Hun gelal over het volle leven verborg maar schamel hun laf tekort aan levensmoed, om de consequenties van het leven in zorg en smart te dragen. Musketiers? Embusqués van het leven, dat waren zij, LEBEAU 1961, 158.

< >