Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

Gepubliceerd op 03-02-2023

aflaten

betekenis & definitie

1. (Luiken e.d.) neerlaten.

De luiken van de vensters waren altijd afgelaten, maar door de ruit in de voordeur kon je binnenkijken, DURNEZ z.j. (± 1958), 88.

Als de store van ’t eerste venster nevens de deur tot onder afgelaten was, was de brug liber, WALSCHAP 1976, 150.

2. (Kledingstukken) afleggen, afdanken, niet langer dragen.

Afl.: aflatertje, afleggertje, ook: restant (van koopwaren) (Alle... produkten zijn recente artikelen (dus geen aflatertjes!), Uit een reclamefolder najaar 1976).