(verrucae) zijn omschreven woekeringen van de opperhuid met sterke verdikking van de hoornlaag, waardoor bolvormige verhevenheden ontstaan ter grootte van een speldeknop tot een erwt, die door de gewoekerde hoornlaag een vuil grauwbruin, ruw oppervlak vertonen.
Men onderscheidt drie vormen van wratten:
1. verrucae vulgares, die meestal aan de handen voorkomen;
2 verrucae juveniles, kleine, in groepjes staande, vrij platte wratjes, die bij voorkeur op jeugdige leeftijd voorkomen, in het gezicht en op de handen;
3. verrucae seniles (seborrhoicae), die zich op oudere leeftijd ontwikkelen op rug en borst, soms ook in het gelaat en die waarschijnlijk met ouderdomsveranderingen samenhangen. Men neemt aan, dat wratten worden veroorzaakt door een virus; zij kunnen door besmetting worden overgebracht.
De behandeling van gewone wratten kan op verschillende wijzen geschieden:
a. door uitpeilen met een scherpe lepel;
b. door etsen, o.a. met salpeterzuur (voorzichtig!);
c. langs electrische weg, door het weefsel te verbranden.
Soms lukt het wratten langs suggestieve weg tot verdwijning te brengen. In speciale gevallen komt röntgenbestraling in aanmerking.