Pools politicus (1885 - N. Wales 6 Juni 1947), studeerde te St Petersburg en Dorpat.
Vóór Wereldoorlog I werd hij herhaaldelijk gearresteerd wegens patriottische acties. Tijdens die oorlog diende hij in het Russische leger. Hij organiseerde de Poolse strijdkrachten aan het Oostfront na de Russische revolutie. Tussen de twee wereldoorlogen was hij viermaal minister van Binnenlandse Zaken; van 1930 tot 1935 fungeerde hij als president van de senaat, tot 1939 was hij wojewoda (provincie-commissaris) van Pomorze. In 1939 werd hij benoemd tot president van Polen en als zodanig vluchtte hij met de Poolse regering naar Roemenië, vandaar naar Engeland, toen Duitsers en Russen in Sept. van dat jaar de staat Polen liquideerden. Hij bleef president van de regering in ballingschap; na Wereldoorlog II keerde hij niet naar Polen terug, doch bleef in Londen wonen.
