Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 06-08-2022

Tsjeremissen

betekenis & definitie

(z ook Finnen), oude naam van het volk der Mari, dat met de Mordwinen, de Wotjaken (Oedmoerten) en Syrjenen (Komi) tot de Oost-Finnen behoort. De meesten wonen tussen de Wolga en de Wjatka in de autonome Marirepubliek, anderen in de republiek der Kazan-Tataren en die van de Basjkieren.

Te zamen tellen ze (1939) 481 262 zielen. Hoewel ze deels Christenen, deels Islamieten zijn, hebben heidense denkbeelden lang stand gehouden, wat o.a. in verband staat met hun sterke nationalistische gevoelens.Het Tsjeremissisch, behorend tot de Fins-Oegrische talen, valt uiteen in twee dialecten: het Hoger-en het Lager-Tsjeremissisch (Kosjla Mari en Koeroek Mari, Russ.: Loegovo-Marijskij en Gorno-Marijskij d.i. bos- en heuvel-Tsjeremissisch) resp. gesproken op de lagere noordelijke en hogere zuidelijke oever van de Wolga. Beide worden thans als schrijftaal gebruikt. Vóór de Revolutie bestond de literatuur slechts uit godsdienstige en ethnografische werken; thans worden talloze Tsjeremissische werken in Cyrillisch schrift gedrukt op sociaal-politiek, economisch, paedagogisch en literair gebied.

Lit.: J. Wichmann, Beitr. zur Ethnographie der Tscheremissen (Helsingfors 1913); Idem, Volksdichtung u. Volksbrauche der T. (Helsinki 1923); V. Holmberg, Die Religion der T. (Helsinki 1926).

< >