(Oenanthe L.), geslacht der Umbelliferen met 35 soorten op het Noordelijk Halfrond, oeverplanten met fijnverdeelde bladen, schermen zonder of met een armbladig omwindsel en met veelbladige omwindseltjes, bloemen met een 5-tandige, later vergrote kelk en een vaak stralende kroon en op doorsnee ronde, langwerpige vruchtjes met 2 lange stijlen en deel vruchtjes met 5 stompe ribben.
In Nederland vindt men algemeen in sloten 0. aquatica Poir. (syn. Phellandrium Lam.), het WaUrtorkruid, met tot 3-voudig geveerde bladen en schermen zonder omwindsel of stralende bloemen, aan waterkanten 0. fistulosa L. (Pijptorkruid), met holle stengels en bladstelen, enkelgevinde bovenste stengelbladen en stralende bloemen, langs sloten naar de zeekant 0. Lachenalii G. G. Gmel., ook met deze kenmerken, maar met niet-buisvormige stengelbladen en tot verlengde knotsvormige knolletjes opgezwollen wortels, voorts zeldzaam nog 0. peucedanifolia Poll. en 0. pimpinelloides L., beide met knolletjes. Water- en Pijptorkruid gelden als giftig en van eerstgenoemde worden de vruchtjes (Fructus Phellandrii) wel als geneesmiddel gebruikt.
