Engels Chartistenleider en dichter, medestander van Feargus O’Connor (Leicester 20 Mrt 1805 - Londen 15 Juli 1892), begon zijn loopbaan als schoenmaker en voorganger bij de Methodisten. In 1840 was hij redacteur van The Midland Counties Illuminator. Zijn optreden in vergaderingen in het Pottery District (1842) bezorgde hem twee jaar hechtenis.
In de gevangenis van Stafford schreef hij o.m. zijn lang gedicht The Purgatory of Suicides (1845 in druk verschenen), waarin schimmen van zelfmoordenaars hun inzichten geven betreffende maatschappelijke en godsdienstige vragen.Bibl.: Wise Saws and Modern Instances (2 din, 1845); The Baron’s Yule Feast (1846); The Condition of the People of England (1846); The Triumphs of Perseverance (1847); Alderman Ralph (1853), een roman; The Family Feud (1854), een roman; The Life of Thomas Cooper Written by Himself (1872); The Verity of Christ’s Resurrection (1870); The Paradise of Martyrs (1873, alleen 1ste dl); Thoughts at Fourscore and Earlier (1885); Poetical Works (1877).
Lit.: Quack, Socialisten, IV; L. Cazamian, Kingsley et Thomas Cooper (1903); R. J. Conklin, Th.
C., the Chartist (1935).