Frans historicus (St-Brice, Seine-et-Oise, 6 Sept. 1864 - Rennes 11 Mrt 1936), was een leerling van Fustel de Coulanges en doceerde van 1893-1920 aan de universiteit van Rennes, sinds 1897 als hoogleraar. Om redenen van gezondheid moest hij voortijdig aftreden.
Hij was een uitnemend kenner van de economische en sociale toestanden in Frankrijk (inz. in Bretagne), vooral ten plattelande, sedert de Middeleeuwen. In latere jaren interesseerde hij zich sterk voor geschiedfilosofische problemen. Sée was socialist (in de zin van Jaurès) zonder historisch-materialist te zijn en bestudeerde vooral de wisselwerking der economische, politieke en ideële ontwikkelingen. Hij onderhield betrekkingen met Nederlandse vakgenoten en was jarenlang medewerker aan het Tijdschrift voor Geschiedenis.Bibl. (o.a.): Les classes rurales et le régime domanial en France au Moyen Age (1901); Cahiers de doléances de la sénéchaussée de Rennes etc. (met A. Lesort, 4 dln, 1909-1912); Les idées politiques en France au XVIIIe siècle (1920); Esquisse d’une hist. du régime agraire en Europe aux XVIIIe et XIXe siècles (1921); Les idées politiques en France au XVIIe siècle (1923); La vie économique et les classes sociales en France au XVIIIe siècle (1924); Les origines du capitalisme moderne (1926); La vie économique de la France sous la monarchie censitaire, 1815-1848 (1927); Matérialisme historique et interprétation économique de l’hist. (1927); Science et philosophie de l’hist. (1928); Esquisse d’une hist. économique et sociale de la France (1929); Evolution et révolution (1929); Franz. Wirtschaftsgesch. (2 dln, 1930-1936; Fr. uitg.: Hist. économique et sociale de la France, 2 dln, 1939).
Lit.: A. Rébillon, Nécrologie et bibliogr. des travaux de H. Sée, in: Ann. de Bretagne XLIII, 1936, blz. 2-33; H. T. Parker, H. Sée (in: B.
E. Schmidt, Some Historians of Mod. Europe, 1942, p. 444-476); Tijdschr. v. Gesch. LI (1936), blz. 486.
