Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

SCHORPIOENVLIEGEN

betekenis & definitie

(Mecoptera, Panorpata) vormen een orde van middelmatig grote, slank gebouwde insecten, waarvan het voornaamste inlandse geslacht, Panorpa, gemakkelijk te herkennen is aan de eigenaardig verlengde kop, de gevlekte, doorzichtige vleugels, en, in het mannelijk geslacht, aan de afwijkende bouw van de laatste achterlijfssegmenten, waaraan de naam schorpioenvliegen ontleend is. Het negende segment is sterk opgezwollen en rood van kleur, het draagt een tang en doet, doordat het opgericht en naar voren gekeerd is, iets aan de stekel van een schorpioen denken.

Bij de wijfjes vormen de laatste segmenten een dunne legbuis.De monddelen liggen op de top van het rostrum en zijn bijtend-likkend. De rupsachtige larven, die leven achter boomschors of in de grond, voeden zich met andere insecten, bij voorkeur dode. Ook de volwassen insecten zijn carnivoor, hoewel men ze ook vaak op bloemen aantreft. Een merkwaardig, tot deze orde behorend insect is Boreus hiemalis, een slechts enkele mm lang dier met rudimentaire vleugels, dat als volwassen insect in de winter te voorschijn komt en dan wel op de sneeuw wordt aangetroffen.

DR G. BARENDRECHT

< >