departement in het O. van Frankrijk, genoemd naar zijn voornaamste rivier de Saône en de in het W. stromende Loire, bestaat uit het Z.W. gedeelte van Bourgondië, nl. uit de landschappen Autunois, Charolais, Mâconnais en Chalonnais, heeft een oppervlakte van 8626 km2 en telt (1946) 506.759 inw. De hoofdstad is Mâcon.
Het departement omvat in het N.W. een deel van het Morvangebergte, heeft hoge heuvelruggen, gescheiden door vlakten en de inzinking met het Canal du Centre. Het kolenbekken van Charolais heeft een belangrijke metaalindustrie doen ontstaan (Le Creusot), Ook potten- en pannenbakkerijen. Er is verbouw van graangewassen, aardappelen en groenten. In Autunois varkensfokkerij evenals in Charolais, waar de vetweiderij van runderen van nog meer belang is. In de Mâconnais wijnbouw. Het deel ten O. van de Saône is een vlakte, de Bresse, met teelt van gevogelte als middel van bestaan.