Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 24-01-2022

Quirinus gerbrandt van blankenburg

betekenis & definitie

Nederlands muziekgeleerde (Gouda 1654 - ’sGravenhage 1739), was doctor in de filosofie en in de medicijnen, organist aan de Waalse kerk, na 1731 van de Nieuwe kerk te ’s-Gravenhage. Hij schreef Clavecymbelen orgelboek der gereformeerde Psalmen en Kerkgezangen (1732), Elementa musica of nieuw licht tot het welverstaan van de Musiec en de Bas continuo (1739), componeerde een aantal muziekstukken, o.m. ter ere van het huwelijk van de prins van Oranje, een merkwaardig stuk dat slechts voor de helft genoteerd is, de tweede helft verkrijgt men door het muziekboek om te keren, de titel hiervan is De verdubbelde harmony, in een voor dezen onbekend doorluchtig musyc, waarvan de bas en de wijs doen zien, hoe in de helft het geheele bestaat, en hoe twee een en een twee zijn, makende alzoo een zinnebeeld van 't huwelijk.

Waarbij eenige trompetstukjes e.a. met variatiën, allen om te spelen op de clavecymbel.Op zijn naam staat ook een fluitmethode: Onderwijzinge hoe men alle toonen en halve toonen, die het meest gebruikelijk zijn op de hantfluit zal koralen ’t eene mael zuyver blazen, die echter in 1654 is uitgegeven en dus moeilijk van hem afkomstig kan zijn.

Daar Van Blankenburg weinig waardering met zijn composities ondervond, lanceerde hij ze onder de (in het Italiaans vertaalde) naam di Castelbianco. Di Castelbianco werd hooglijk geprezen, totdat v. Blankenburg zijn pseudoniem bekend maakte, waarna de miskenning van de landgenoot-kunstenaar snel terugkeerde.

< >