(of Petrus Aegidius), humanist (Antwerpen 1486 11 Nov. 1533), leerling van Erasmus, met wie hij innig bevriend bleef, stond in betrekking met de meest vooraanstaande humanisten van die tijd: Thomas Morus droeg hem zijn Utopia op; Q. Metsys schilderde in 1517 het portret van Gillis en van Erasmus op één paneel en schreef er onder: Castor et Pollux; Albr.
Dürer was in 1520 bij Gillis te gast. Gillis werd 1510 aangesteld tot griffier der stad Antwerpen. Hij publiceerde een vroeg-middeleeuwse samenvatting van prae-Justiniaanse juridische geschriften (Summae sive argumenta legum diversorum imperatorum, 1517), een rouwdicht op keizer Maximiliaan en gelegenheidsverzen (1519), het programma der feestelijkheden voor de ontvangst van keizer Karei in 1520, en, in samenwerking met Cornelius Scribonius, een Enchiridion principis ac magistratus christiani (1541'). Hij bezorgde tevens de uitgave van werken van Angelo Poliziano, Rud.
Agricola, Erasmus, Th. Morus (nl. de Utopia) e.a.PROF. DR H. F. BOUCHERY
Lit.: Biog. Nat., VII 780-783; F. Nève, La Renaiss. d. lettr. en Belg. (Louvain 1890), hfdst.IV: Thomas Moruset les hommes lettrés de la Belg.; G. Ellinger, Gesch. d. neulat.
Lyrik i. d. Niederl. (1933), asq.
