staat tegenover het legaliteitsbeginsel, volgens hetwelk het Openbaar Ministerie moet vervolgen indien een strafbaar feit is gepleegd. Volgens het opportuniteitsbeginsel kan het O.M. van vervolging afzien op gronden aan het algemeen belang ontleend.
In het Nederlandse recht geldt het opportuniteitsbeginsel, geregeld in artt. 167 en 242 Wetb. v. Strafvordering. Wegens niet-vervolgen door het O.M. kan elke belanghebbende beklag doen bij het Gerechtshof, dat bevel tot vervolging kan geven, doch dit bevel ook kan weigeren, op gronden aan het algemeen belang ontleend (art. 12 W.v.Sv.).