hoofdstad van de autonome Russische Basjkiren republiek, ligt tegen de westzijde van de Oeral, aan de samenvloeiing van de Bjelaja en de Oefa en aan de spoorlijn Koebisjef - Zlatoest, telt (1939) 250 000 inw. Een nieuw aangelegde spoorlijn verbindt de stad tevens met Sterlitamak en de Isjimba-olievelden.
Niet alleen als spoorwegknooppunt, maar ook als industrieel centrum heeft Oefa betekenis. De nijverheid omvat locomotief- en wagen-herstelplaatsen, scheepsbouw (in de voorstad Kirsjak aan de overzijde van de Oefa), cellulose- en lucifersfabrieken en katoenindustrie. Aan de andere oever van de Bjelala ligt de voorstad Dema, een spoorwegknooppunt, met zagerijen. In 1944 werd het in het N.O.-deel van de stad gelegen industrieel Stalin-rayon van Oefa afgescheiden en tot een zelfstandige stad, Tsjernikowsk geheten, verheven. Deze stad, thans reeds meer dan 50 000 inw. tellende, heeft machinefabrieken, raffinaderijen (door pijpleidingen met de Toeijmazij- en Isjimba-olievelden verbonden), chemische bedrijven en fabrieken van electrotechnische apparaten.Oefa, in 1547 door de Basjkiren-hoofdman Iwan Nagin gesticht, heeft vele kerken (o.a. de Troizkyen de Woskresenskijdom, de eerste uit de 16de eeuw) en moskeeën.
