adellijk Frans geslacht, heette oorspronkelijk Du verger. Tot dit geslacht behoren:
Henri, graaf van Larochejacquelein, rebellenleider (kasteel Durbellière, bij Châtillon-sur-Sèvre, 30 Aug. 1772 - gesn. Noaillé, bij Poitiers, 4 Mrt 1794), vocht sedert 1792 als opperbevelhebber der opstandelingen in de Vendée tegen de legers der Eerste Franse republiek. Hij overwon bij Condé en bij Chateau-Gonthier, later bij Antrain, maar trachtte te vergeefs Angers te bemachtigen. Bij La Flêche werd hij 21 Dec. 1793 verslagen. Bij de overtocht over de Loire van de zijnen afgesneden, ontvluchtte hij naar Poitou en sneuvelde kort daarop.
Louis, markies van Larochejacquelein, (St Aubin-de-Beaubigné 29 Nov. 1777-gesn. bij St Gilles-sur-Vie 4 Juni 1815), broeder van de voorgaande, was van 1792-1801 geëmigreerd, stelde zich in 1813 en tijdens de Honderd Dagen aan het hoofd van de koningsgezinde beweging in de Vendée. De Mémoires (Bordeaux 1815) van zijn vrouw Marie Louise Victoire, geb. de Donnissan (Versailles 25 Oct. 1772 - Orleans 15 Febr. (1857, vormen een belangrijke bron voor de kennis der Franse Contrarevolutie.
Lit.: A. F. Nettement, Vie de Mad. la marquise de L. (3de dr. Paris 1876); C. d’Arvor, La marquise de La R. (Paris 1898); H. Bourgeois, Un détracteur de Mad. la marquise de la R. (Paris 1901).
