Nederlands beeldhouwer (Kralingen 3 Juni 1866-Bussum 9 Jan. 1947) kreeg zijn opleiding aan de Quellinusschool (2 Quellinus) en de Kunstnijverheidsschool te Amsterdam. In 1894 begon zijn samenwerking met H.P.
Berlage en andere moderne architecten. Hij paste zich in zijn zgn. bouwbeeldhouwwerken — meest gestileerde symbolische figuren — zo bij de nieuwe architectuur aan, dat zij er naar geest en uitvoering een monumentale eenheid mee vormden, zonder aan eigen karakter te verliezen. Tot zijn bekendste werken op dit gebied behoren zijn figuren en reliëfs aan Berlage’s Beurs (1907), aan het gebouw van de Ned. Handel-Mij., N.V. (1925) en het portret van Berlage aan de Beurs (1926) , alle drie te Amsterdam. Later werkte hij samen met de sierkunstenaar Lion Cachet aan kamerbetimmeringen en scheepsinterieurs.In een zelfde impressionnistische trant voerde hij ook zijn portretkoppen (o.a. van Berlage), kleine dier- en kinderfiguurtjes, enkele grafmonumenten en het voor een prijsvraag vervaardigde en bekroonde monument voor koningin Emma te Amsterdam (1938) uit.
Lit.: R. W. P. de Vries Jr, L. Z. (Bussum 1946).