Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

Johannes BUCHHOLZ

betekenis & definitie

Deens schrijver (Odense 22 Febr. 1882 - Struer 5 Aug. 1940), was werkzaam bij de staatsspoorwegen. In zijn romans, die af en toe even aan Dickens, Knut Hamsun en Joh.

V. Jensen herinneren, tekent hij het leven in de provinciesteden, meest van originele typen, met lichte humor beschreven.Bibl.: Egholms Gud (1915), Clara van Haags Mirakler (1916), Urolige Hjerte (1919), Menneskeaben Charles (1921), De smaa Pile (De kleine pijlen, 1923), Susanne (1931), Frank Dovers Ansigt (1933), Dr. Mal thes Hus (1936) en God, lille By (Gezellige, kleine stad, 1937) en Vanda Venzel (1939).

< >