Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 28-12-2022

Johann jakob BREITINGER

betekenis & definitie

Zwitsers Gereformeerd godgeleerde (Zürich 19 Apr. 1575 i Apr. 1645), werd in 1613 predikant aan Grossmünster, de kerk van Zwingli en Bullinger te Zürich, en woonde als invloedrijk vertegenwoordiger der Züricher Kerk de Nationale Synode te Dordrecht (1618-T9) bij. Hij was anti-Remonstrant; zijn berichten over de Synode aan het Züricher ministerium hebben enige betekenis als historiebron.

Op Nieuwjaarsdag 1619 vierde hij onder grote belangstelling te Dordrecht het eeuwgetijde der Zwitserse Reformatie. Als kerkelijk organisator inaugureerde hij te Zürich de sedert bewaard gebleven jaarlijkse vastendag; als staatsman wist hij de rechten van de Kerk in en tegenover de staat steeds op de voorgrond te brengen. Succes had zijn anti-Katholieke politiek in de Eedgenootschap tegenover de R.K. V Orte.

Hij streefde in dat verband een echter niet tot stand gekomen verbond met Zweden na.Bibl.: Reden, Acta van Dordrecht en autobiographie in: Miscellanea Tigurina, I—III, 1722-24.

Lit.: J. C. Mörikofer, Br. u. Zürich (1873); Dict. hist. et biogr. de la Suisse, II, 290, met portret; A.

Dengier, Gesch. d. Armenwesens in Zürich (1920).

< >