Zij de jaarlijkse intrest van eenheid van kapitaal (het intrest-perunage) i, en onderstelt men, dat ieder bedrag elk ogenblik kan worden uitgezet tegen hetzelfde perunage, dan klimt de kapitaalseenheid in n jaar tot een waarde S-n = (1 + i)n. Ontwikkeling volgens Newton geeft als benaderingsformule K = i + ni.
Hierin zijn alle termen weggelaten, waarin i met zich zelf wordt vermenigvuldigd. Zij onderstelt dus, dat er geen intrest van intrest wordt gekweekt. Enkel en alleen over het kapitaal wordt intrest in rekening gebracht en daarom spreekt men hier van enkelvoudige intrest. De verwaarloosde termen zijn slechts klein en de resultaten slechts bruikbaar bij kleine waarden van n. De formule, volgens welke de intrest recht evenredig is met de tijd, wordt dan ook alleen aangewend bij credietoperaties op korte termijn, bijv. bij renteberekening in rekening-courant. PROF. DR M. VAN HAAFTEN
Lit.: M. van Haatten, Leerboek der in restrekening (Groningen 1929); W. de Geus, Continue intrestrekening (Amsterdam 1943); M. van Overeem, Leerboek van het handelsrekenen (dl i, Crediet) (Utrecht 1948); F. P. Berckenhoff, Wiskunde voor accountants (dl II, Groningen 1949); P. Wydenes en P. G. van de Vliet, Logarithmen-, intrest- en discontotafels (Groningen 1950).