(zie plaat t. o. pag. 780) is de naam van een tot de orde der Vliesvleugeligen behorend insect. De honingbij leeft in staten of volken.
Een bijenvolk bevat 3 soorten individuen: een koningin, werkbijen en darren. Deze ontstaan alle uit eitjes, die in het lichaam der koningin gevormd worden. Alleen onder bijzondere omstandigheden zijn ook werkbijen in staat eitjes voort te brengen; darren zijn mannelijke dieren. Bij de honingbijen ontstaan darren parthenogenetisch uit onbevruchte eitjes; uit bevruchte eitjes kunnen zich werkbijen of koninginnen ontwikkelen. Het hierna volgende schema geeft een overzicht van de wijze waarop de 3 seksen kunnen ontstaan.De jonge koningin kan gedurende ca 3 weken na haar ontpopping worden bevrucht. Geschiedt dit niet, dan kan ze toch na een paar weken eitjes gaan leggen, die alle onbevrucht zijn en waaruit zich slechts darren ontwikkelen. Bij enkele bijenrassen, o.a. het Noordafrikaanse en het Italiaanse is geconstateerd, dat zich uit onbevruchte eieren ook vrouwelijke dieren kunnen ontwikkelen. Dit geschiedt echter alleen bij hoge uitzondering.