Frans royalistisch samenzweerder, genaamd „Georges” (Brech bij Auray in Morbihan 1 Jan. 1771 - gefusilleerd Parijs 25 Juni 1804), was boerenzoon en een der leiders van de opstand der Chouans in Bretagne (t 793-1796). In 1794 gevangengenomen, ontsnapte hij en werd na de mislukte landing op Quiberon (Juli 1795) chef van de opstand in Neder-Bretagne.
Eerst toen zich na de nederlagen bij Grandchamp en Hennebon (Jan. 1800) bijna alle aanvoerders onderworpen hadden, sloot ook hij op 9 Febr. een verdrag met generaal Brune en ontsloeg zijn troepen. De Eerste Consul wist de aanvoerders der Chouans voor zich te winnen, slechts Cadoudal bleef standvastig en begaf zich naar Londen, waar hij door de graaf van Artois tot luitenant-generaal werd benoemd. Hij ontwierp nu, waarschijnlijk met medeweten van deze en de andere Bourbonse prinsen, een plan, om Bonaparte te doden, welke samenzwering door Engeland gefinancierd werd. Cadoudal begaf zich in Aug. 1803 heimelijk naar Parijs, waarheen hem Pichegru en andere samenzweerders volgden.
De samenzwering werd echter ontdekt, Cadoudal 9 Mrt 1804 gevangengenomen en met 11 andere samenzweerders terechtgesteld. Na de Restauratie werd de familie Cadoudal in de adelstand verheven.Lit.: G. de Cadoudal, Georges C. et la Chouannerie (1887); G. Lenôtre, G. C. (1929).