(Voorburg, begin 14de eeuw), uit arme ouders geboren, was eerst dienstbode, daarna Begijn te Delft. Haar bijnaam komt van haar lievelingslied Het daghet in den Oosten. Zij wordt onder de gestigmatiseerde mystieken gerekend.
Van een min of meer officiële zalig- of heiligverklaring is tot nog toe geen sprake geweest.Lit.: J. A. Alberdink Thijm, A’dam 1854 (Verspreide verhalen I, blz. 25); Kronenburg, Neerl. heiligen in de Middeleeuwen IV (2de dr., 1904), blz. 145 vlg.