Duits ingenieur (Aschaffenburg 19 Juli 1881), die zich verdienstelijk heeft gemaakt voor de ontwikkeling van de bouw van Röntgentoestellen, bestralingsmethoden, dosimetrie en die de eerste was, die op grond van physische begrippen de werking van Röntgenstralen op levend weefsel trachtte te verklaren (Punktwarmehypothese), waarbij hij er van uitging dat de energie van de Röntgenstralen als quant dus discontinu werd geabsorbeerd, hetgeen aanleiding gaf tot locale zeer sterke energieophopingen, die volgens de wetten der kansberekening in het weefsel verspreid waren en die aanleiding zouden zijn tot puntvormige centra van verhitting, waardoor denaturatie van eiwitten en andere weefselbestanddelen zou ontstaan. Het gehele probleem werd aan een nauwkeurige wiskundige analyse onderworpen, welke laatste zijn waarde heeft behouden, al kon de theorie der „puntvormige verhitting” de toets der critiek niet doorstaan.
Bovendien heeft hij talrijke werken van algemene en philosophische aard geschreven. Van 19201933 doceerde hij te Frankfort a. M. de medische natuurkunde. Dessauer moest op politieke gronden — hij was een bekend Rijksdaglid van de Katholieke Centrumpartij — in het begin van het Hitlerregime Duitsland verlaten. Van i934-’37 bekleedde hij een professoraat in Istanboel in de radiologie en biophysica, waarna hij in Zwitsers Fribourg hoogleraar in de experimentele natuurkunde werd.Bibl.: Grundgesetze der Tiefentherapie, in: Lehrbuch der Strahlentherapie I (1925); Philosophie der Technik (1926, 3de dr. 1933); 10 Jahre Forschung auf dem physik.-med. Grenzgebiet, hrsg. v. F. D. (1931); Der Fall Galilei und wir (Luzem 1943); Wissen und Bekenntnis (1944); Weltfahrt der Erkenntnis. Leben u. Werk Isaac Newtons (Zürich 1945, Ned. vert. ’s-Grav. 1948); Atomenergie und Atombombe (Olten 1945, Fr. vert. 1948); Wilh.
G. Röntgen (Olten 1945); (metX. von Homstein) Seele im Bannkreis der Technik (Olten 1945); Mensch u. Kosmos (1948).