Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 23-01-2023

EMPEDOKLES

betekenis & definitie

Grieks wijsgeer en arts (Agrigentum ca 490 - Peleponnesus 430 v. Chr.), behoort tot de zgn. jongere natuurfilosofen; hij had veel invloed in zijn vaderstad, maar werd er later uit verbannen.

Van hem is het begrip element afkomstig; er zijn overigens volgens hem vier onvergankelijke elementen: vuur, lucht, water en aarde. Er is geen eigenlijk ontstaan en vergaan, doch slechts een vermenging en weer vrij worden der elementen. Dit geschiedt door „liefde” en „haat”. Empedokles nam verder aan, dat ook de levende wezens, eerst de planten en vervolgens de dieren op deze wijze ontstaan, waarbij van allerlei vormen de doelmatige blijven bestaan (vgl. later Darwin*). Deze evolutie-theorie hield bij hem ook de zielsverhuizing in. Van zijn werken zijn ca 450 versregels over.Bibi.: Die Fragmente der Vorsokratiker, Griech. u. deutsch v. H. Diels, 5de dr. d. W. Kranz I (1934). Nieuwe vert. in: Die Anfänge der abendländische Philosophie. Fragmente u. Lehrberichte der Vorsokratiker. Eingel. v. E. Howald, übertr. v. M. Grünwald (Zürich 1949).

Lit.: H. Diels, Studia Empedoclea, in Hermes (1880); Idem, Ueber die Gedichte des E. (in: Sitzungsberichte der preuss. Akademie, 1898, p. 396-415); E. Bignone, E., studio critico (1916); Walter Kranz, E. (Zürich 1949, m. vert.); K.T. A. Halbertsma, over E., in: Hermeneus XXI (1949-’50).