Dareikos of Daricus, gouden munt, geslagen door de koningen van het Oudperzische rijk, was de helft van een gouden stateer en is de oudst bekende munteenheid van bijna zuiver goud en 8,385 g zwaar. Op de voorzijde draagt de dareik het beeld van de koning, als gekroonde, geknielde boogschutter voorgesteld, terwijl de keerzijde geen stempel draagt.
Hoewel het mogelijk is, dat deze gouden munt reeds vroeger in circulatie was, wordt aan Darius I (521-485 v. Chr.) het instellen van de dareik als munteenheid toegeschreven. Het is echter onzeker of, zoals de Griekse schrijvers willen, de naam van die van Darius is afgeleid; mogelijkerwijze betekent het woord slechts „goudstuk”. De gouden dareiken moeten in groten getale in omloop zijn geweest, daar enkele j aren geleden in het Xerxeskanaal bij de berg Athos ongeveer 3000 stuks van deze munten gevonden zijn.
Bij de Grieken werden zij ook naar het stempelbeeld toxotai (boogschutters) genoemd.Lit.: A. Ghristensen, Die Iraniër in Kulturgeschichte des alten Oriens, III, i, München (1933), blz. 279.
