is de naam van een Spaanse ridderorde, gesticht in 1158 door Sancho III, koning van Castilië, ter gelegenheid van de verdediging van het slot Calatrava tegen de Moren. In 1163 kozen de ridders een grootmeester.
Later werd de verhouding tot de Orde van Citeaux geregeld, waarvan zij enkele bepalingen had overgenomen. Naast de ridders telde zij eigenlijke monniken, die onder een prior stonden. In 1498 werd de administratie der orde door de bul van Innocentius VIII aan Ferdinand de Katholieke opgedragen en Hadrianus VI verbond de waardigheid van grootmeester der orde van Alcantara, Calatrava en Santiago voor altijd aan de Spaanse kroon. De ridders droegen een witte wapenrok, een wit scapulier, een zwarte monnikskap en een pelgrimskraag.
In 1806 werd de orde een gewone orde voor verdienste.Lit.: H. Prutz, Die geistlichen Ritterorden (1908).