Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 26-08-2022

Bonvesin da riva

betekenis & definitie

of della Riva, Italiaans dichter (Milaan ± 1230-1313?), behoort met Uguccione da Lodi, Gir. Patecchio en fra Giacomino da Verona, tot de vroegste Noord-Italianen bij wie de locale dialecten elkaar naderen tot een vrij uniforme taal voor literair gebruik (zie Italië, taal en letterkunde).

Deze Lombard verhief zich aanmerkelijk boven het ruwe karakter der volkspoëzie uit zijn dagen. Franciscaan, behoorlijk kenner van het Latijn (men heeft van hem een tractaat in proza en verzen: Vita scolastica en een historisch-statistisch werkje: De Magnalibus urbis Mediolani), verwierf hij zijn faam door gedichten in de volkstaal (volgare), meest in berijmde 4-regelige alexandrijnse strofen, waaraan hij om het dramatisch effect vaak de vorm van het twistgesprek (contrasto, o.a. Contrasto dei mesi) gaf. Zijn frisnaïeve gedichten hebben merendeels een religieus- en didactisch oogmerk. Cultuurhistorisch interessant zijn zijn 50 Cortesie da desco (50 tafelregels). Zijn jeugdwerk, het pas in 1900 ontdekte leerdicht der Drie Schrifturen (Libro delle tre scritture) mist artistieke waarde doch bezit grote betekenis voor de ontwikkeling der Italiaanse poëzie; in 600 strofen (3 dln) verhaalt hij hier de ellende van de mens dezer- en generzijds, Christus’ lijden en de vreugden van het paradijs.MR H. VAN DEN BERGH

Bibl.: Het grootste deel der gedichten van B. d. R. is uitg. door I. Bekker in Monatsber. der Berl. Ak. (Berlin 1850-’51); Contrasta dei mesi door E. Lidforss (Bologna 1872) en L. Biadene in Studi di Filol. romanza IX 1 (1901); Libro delle 3 scritture door V. de Bartholomaeis (Roma 1901) en L. Biadene (Pisa 1902).

Lit.: F. Novati, Poesia milanese dei vecchi tempi, in Nuova Antologia, 1 Mrt 1909.

< >