heette een Duits slagschip, dat op 24 Mei 1941 op de Atlantische Oceaan ten Z. van IJsland in gevecht geraakte met Engelse zeestrijdkrachten, waaronder de slagkruiser „Hood”. Deze kreeg een voltreffer in de kruitkamer en vloog de lucht in.
De Engelse slagkruiser King George V werd beschadigd, waardoor de snelheid van het schip zodanig werd geremd, dat het de strijd niet meer kon voortzetten. Ook de „Bismarck” werd getroffen. Met alle mogelijke middelen die de Britse admiraliteit ten dienste stonden wist men de „Bismarck” weer op te sporen. Bij een aanval met vliegtuigen werd het schip ernstig beschadigd door een luchttorpedo, waardoor de snelheid van het schip zeer verminderde. Op 26 Mei 1941 werd het schip op 750 km ten W. van Brest opnieuw door twee luchttorpedo’s getroffen, waardoor het roer werd vernield. In de strijd tegen de daarop van alle kanten opdagende Britse zeestrijdkrachten ging de „Bismarck” in de morgen van 27 Mei ten onder.
