een beroemd hoogleraar in de geneeskunde te Leiden (Dessau, 7 Jan. 1653 Leiden, 7 Sept. 1721), promoveerde aldaar in 1676. Hij was een groot voorstander van de hippocratische geneeskunde, en werd in 1680 tot hoogleraar in de geneeskunde benoemd te Frankfort aan de Oder.
Een jaar later werd hij aldaar stadsgeneesheer en lijfarts van den keurvorst van Brandenburg. Hij bleef in deze betrekking tot aan het overlijden van dien vorst in 1688 en keerde toen tot het hoogleraarsambt terug. In 1702 aanvaardde hij te Leiden het hoogleraarsambt in de geneeskunde, dat hij bekleedde tot zijn dood.