Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

Gepubliceerd op 17-10-2024

ATOPIE

betekenis & definitie

(lett. ,,vreemde ziekte” van Gr. άτοπος, (atopos) vreemd, raadselachtig) is de door den Amerikaansen onderzoeker Coca ingevoerde naam voor een groep van familiair voorkomende overgevoeligheidsverschijnselen bij den mens. Deze zouden gekenmerkt zijn door een gemeenschappelijke, erfelijke bodem, het ontbreken van een aantoonbare, voorafgegane sensibilisatie (in tegenstelling tot anaphylaxie, z allergie), door het bijzondere type van de reacties (bijv. asthma, hooikoorts, huidafwijkingen), die onmiddellijk volgen op de aanraking met het allergeen (dat hier atopeen wordt genoemd) en doordat er dikwijls antistoffen voorkomen in het bloedserum (reagines) die de huid van normale individuen voor het atopeen gevoelig maken (passieve overdracht van de allergie volgens Prausnitz-Küstner).

Een dusdanige „pathologische allergie” zou niet of zeer moeilijk kunstmatig kunnen worden veroorzaakt in tegenstelling tot de „physiologische allergie” (bijv. voor tuberculine) die bij elk mens kan ontstaan, waarbij reagines niet voorkomen en waarbij de reactie op het allergeen niet onmiddellijk doch met enige vertraging volgt. Het begrip atopie heeft in Amerika veel waardering gevonden, doch in het licht van latere onderzoekingen zal het vermoedelijk niet kunnen worden gehandhaafd.DR H. J. VIERSMA

Lit.: A. F. Coca, Familial non-reaginic food-allergy, 2de dr. (Springfield, Ill., 1945); L. H. Criep, Essentials of Allergy (Philadelphia-London-Montreal 1945); E. Urbach en Ph.

M. Gottlieb, Allergy (New York 21946); R. A. Cooke, Allergy in theory and practice (1946).

< >