oorspronkelijk Aremorica (uit Gallisch are = aan, op, en mori = zee), is de oude naam van de kuststrook van Gallië tussen de monden van Liger (Loire) en Sequana (Seine), dus het tegenwoordige Bretagne en Normandië; ten onrechte meende Plinius, dat de naam eigenlijk aan het gebied tussen Garumna (Garonne) en Pyreneeën toekwam. Caesar onderwierp in 56 v.
Chr. na harde strijd de federatie der Armoricaanse staten, welke toen de Curiosoliten (thans Corseult), Redonen (Rennes), Ambibariërs (Avranches?), Caleten (Pays de Caux), Osismiërs (Finistère), Lemovicen (Limoges), Unellen (Coutances), vermoedelijk ook Lexoviërs (Lisieux), Namneten (Nantes) en Veneti (Vannes) omvatte; de machtige vloot der laatstgenoemden werd door hem geheel vernietigd in een bloedige zeeslag. Gedurende de keizertijd was Armorica ingedeeld bij Gallia Lugdunensis; onder het zwakke bewind van keizer Honorius echter verjoegen de Armoricanen in 409 de Romeinse ambtenaren en trachtten zij zichzelf tegen de barbaren te verdedigen. Van het midden van de 5de eeuw af vestigde zich een nieuwe, Britse, bevolking, die door de Saksen uit Z.W.-Brittannië was opgejaagd, in het door Alanen en Franken geteisterde Armoricaanse schiereiland, dat voortaan naar hen Bretagne werd genoemd.Lit.: Joseph Loth, De vocis aremoricae usque ad VI. post Christum natum saeculum forma atque significatione (Rennes 1883); Arthur de la Borderie, Histoire de Bretagne, I (Paris 1896).