noemt men in de geomorfologie het proces, waarbij een rivier een andere rivier berooft van een deel van haar stroomgebied. Dit blijkt mogelijk te zijn, wanneer bijv. twee op een ongelijk niveau stromende rivieren elkaar door terugschrijdende erosie steeds dichter naderen.
De rivier met de laagste erosiebasis erodeert het snelst en treedt dan als rover op. De rivier op het hogere niveau wordt afgetapt en verliest een deel van haar stroomgebied. De Rijn en de Seine bijv. hebben de Maas van rijrivieren beroofd.